Yulia Pattopang
Wie ben je, waar kom je vandaan en hoe komt het dat je in Nederland bent?
“Mijn naam is Yulia Irma Pattopang, geboren en getogen in Jakarta Indonesië. Ik ben naar Nederland gekomen om eerst te gaan studeren. Ik ben afgestudeerd aan de Universiteit Leiden. Daar studeerde ik, samen met andere Aziatische studenten die beurs kregen om hun eigen geschiedenis te besturen met Nederlandse bronnen, Koloniale Geschiedenis en Globalisering. We waren studenten vanuit het Encompass Beursprogramma in Leiden. Maar ik ben dus in Nederland gebleven.”
Je bent Indonesisch, maar bent werkzaam in het Indisch Herinneringscentrum. Waarom heb je de keuze gemaakt om juist hier te gaan werken?
“Waarom niet? De geschiedenis van Indonesië heeft altijd verbanden met de geschiedenis van het voormalige Nederlands-Indië; met andere woorden, de koloniale geschiedenis vormt de geschiedenis van Indonesië. Om deze geschiedenis in haar volledigheid te kunnen bestuderen en begrijpen is meerstemmigheid en diversiteit nodig. Niet alleen maar van de buitenkant maar ook van de binnenkant. De organisatie waar ik nu werk is bezig met diverse projecten waarin wij ons concentreren op het ons voorbereiden op de toekomst. Dit houdt in dat we nadenken over hoe we de geschiedenis zoals wij die nu kennen, zo divers en inclusief mogelijk kunnen presenteren voor de generaties na ons. Het is een complexe taak, maar wij geloven dat dit alleen mogelijk is met een divers team.”
Hoe kijk jij aan tegen de term Indisch en de Indische cultuur?
“De term is momenteel omstreden vanwege zijn connectie met het koloniale verleden. Persoonlijk zou ik deze term zo min mogelijk gebruiken, maar ik begrijp volledig dat voor de Indische gemeenschap dit onmogelijk is, omdat het een deel van hun identiteit uitmaakt. En wie ben ik om dat te verbieden? Natuurlijk mag je jezelf zijn en mag je zeker trots zijn op wie je bent en waar je vandaan komt. Het is belangrijk om te erkennen dat er altijd een link is met de koloniale geschiedenis, en het bewustzijn hierover neemt de laatste decennia toe. Dit is alleen maar een positieve ontwikkeling. Dat betekent niet dat de term volledig moet verdwijnen, maar wel dat er voldoende informatie beschikbaar is over wat ‘Indisch’ betekent en waarom de term omstreden is. Deze informatie moet ook worden doorgegeven en gedeeld worden.”
Hoe verhoud jij je tot de Indische cultuur?
“Niet, ik ben Indonesisch-Nederlander, een term die ook bestaat, maar omdat ik historica ben met specialisatie postkoloniale migratie is Indische cultuur een deel van mijn werk. De Indische cultuur in Nederland is ontstaan uit noodzaak en gemis. Wat op zich logisch is omdat de migratie naar Nederland gedwongen migratie was en er trauma ook ontstond wegens de oorlog. Deze elementen zie ik ook vaak terug bij andere postkoloniale migratie gemeenschappen, waar oorlog de reden is om te gaan migreren.”
Wat vind jij van de manier waarop de geschiedenis over Nederlands-Indië wordt verteld hier in Nederland? Hoe anders is dat in Indonesië? Mis je iets in dit narratief en hoe zou jij dat (willen) aanvullen?
“Wat er in Nederlandse schoolboeken wordt behandeld, omvat niet eens een derde van wat in Indonesische schoolboeken wordt beschreven. Zowel in Nederland als in Indonesië is de geschiedschrijving in schoolboeken nationalistisch gekleurd. Nederland in de koloniale periode wordt altijd beschreven als de brute kolonisator. Namen zoals J.P. Coen, Johannes van den Bosch, Daendels, Thomas Stamford Raffles, Cornelis de Houtman, Generaal Spoor, Van Heutsz, om er maar een paar te noemen, moeten allemaal worden gekend, inclusief wat zij hebben gedaan in de archipel. Stel die vraag dan aan een VWO-klas 3 in Nederland? Grote kans dat ze alleen J.P. Coen kennen, maar wellicht weten ze niet precies wat hij heeft gedaan; hoogstens een korte paragraaf erover. De kinderen in Nederland missen dus veel over het koloniale verleden, maar zolang het onderwijs dit deel van de geschiedenis niet als belangrijk beschouwt, kunnen de docenten weinig doen. Ze moeten immers het curriculum volgen en de gestelde leerdoelen bereiken, en voor dit stukje Koloniaal Nederland in Indonesië is nog steeds geen plaats.
Hoe zou ik dat willen aanvullen?
“Nou, heb je even? Stuur zoveel mogelijk geschiedenisdocenten naar diverse workshops en bijscholingen over dit onderwerp, maak veel korte informatieve video’s, vergelijkbaar met die van schooltv en klokhuis, en maak er boeiende, grappige fragmenten van zodat kinderen het interessant vinden. Ontwikkel educatieve programma’s in musea waar koloniale geschiedenis centraal staat en breng de musea ook naar scholen. Er is nog zoveel dat we kunnen doen, maar nu is het nog wachten op bewustwording bij de mensen die op het hoogste niveau beslissingen nemen.”
Zie je in Indonesië nog steeds de sporen van de Nederlandse kolonie? Hoe werkt dat door bij de mensen?
“Pfoe! Het is overal! Mensen in Indonesië gebruiken de koloniale gebouwen als toeristische trekpleisters. Ze maken ook leuke activiteiten waarin koloniale elementen de kern van het verhaal worden. Ik vind het nogal “cringe” want dat vind ik bijna dezelfde als verheerlijking van de koloniale periode. Maar blijkbaar doen ze dit alleen maar voor de lol. Ik denk dat dat dan hoe het koloniale verleden daar doorwerkt. Zoals wat jij in diverse docu’s of films hebt gezien, nemen Indonesiërs geen wraak op Nederlanders. Het is niet zo dat ze altijd over de oorlogsperiode praten of over de meer dan 300 jaar tijd Nederlandse overheersing. Dat stukje is sowieso een onderdeel van de geschiedenis, te zien in diverse gebouwen, monumenten, activiteiten en musea, maar niet zo zeer in hun dagelijks leven.”
Wat moeten de Nederlanders nog weten over de Nederlands-indische geschiedenis?
“Oh, jeetje. Zal ik dan maar een boek hierover schrijven?”
Als jij het hebt over het Indonesië van voor haar onafhankelijkheid hoe noem jij het dan?
“Hindia Belanda, oftewel Nederlands-Indië. Het is dus alleen om aan te duiden wanneer deze periode plaats vond. Wanneer het gaat over andere zaken dan dat, dan zeggen we voormalig Nederlands-Indië/Indonesië, of de huidige Indonesië.”
Op welke manier zouden de Indische Nederlanders nog kunnen bijdragen aan de dekolonisatie?
“Ik denk aan de bewustwording en de acceptatie dat dat verleden ingewikkeld is?”
Wat zou jij deze en volgende generatie Indische Nederlanders nog mee willen geven?
“Hetzelfde antwoord als de vraag: hoe kijk ik tegen aan de term….”